Wat doen meestersprekers om hun boodschap over te brengen op een publiek? Hoe bereiden ze zich voor en hoe gaan ze om met weerstand? Kun je jezelf het meesterschap aanleren of moet je daarvoor in de wieg gelegd zijn? En wanneer ben je eigenlijk een meesterspreker? Dergelijke vragen komen aan de orde in het boek Meestersprekers uit 2010 van Farah Nobbe en Natalie Holwerda.
Meestersprekers aan het woord
In het voorwoord van Meestersprekers spreken de auteurs hun verbazing uit over “het gebrek aan kennis en vaardigheden in presentatieland.” 1 Met dit boek willen ze de vraag beantwoorden wat we kunnen leren van mensen die het vak beheersen. Ze hebben negentien uiteenlopende sprekers als meestersprekers geïdentificeerd – van pastoren tot politici en van strafpleiters tot sportmensen.
Nobbe en Holwerda houden een strakke structuur aan. Na de inleiding en een theoretisch gedeelte over wat meesterlijk spreken inhoudt, wijden ze drie hoofdstukken aan het spreekproces. Daarna besteden ze een hoofdstuk aan charisma en één aan de invloed die je als spreker kunt hebben. Tot slot vatten ze de inhoud puntsgewijs samen. Achterin het boek zijn biografieën en analyses van de meestersprekers opgenomen en is tevens een uitgebreide bronnenlijst te vinden.
Meesterlijk spreken in het openbaar
Meestersprekers is een rijk boek. In hoog tempo passeert een veelheid aan onderwerpen de revue: de klassieke retorica, spreken met of zonder spiekbriefje, de voor- en nadelen van PowerPoint, podiumvrees, de impact van een overtuigende presentatie, enzovoorts. Als lezer kom je veel te weten over spreken in het openbaar. Hoewel de auteurs niet pretenderen dat ze het onderwerp uitputtend behandelen, komen ze een heel eind.
De kracht schuilt niet zozeer in de wetenschappelijke onderbouwing van de inhoud, maar vooral in de biografische opzet van het boek. De auteurs baseren hun verhaal grotendeels op de input van de meestersprekers. Zo laten ze een gevarieerd beeld van het fenomeen ontstaan, waarmee ze de lezer een belangrijke boodschap meegeven: er zijn meerdere manieren waarop je helder en geloofwaardig kunt spreken in het openbaar.
De geheimen van het publiek
Een van de sterkste paragrafen gaat over het publiek. De essentie van een retorische situatie is dat zowel de spreker als het publiek iets wil bereiken. De auteurs voegen daaraan toe dat de spreker zich drie dingen moet afvragen: ‘Wie zijn de toeschouwers? Waarom komen ze? En hoe betrokken zijn ze eigenlijk?’ De meestersprekers zelf delen verschillende ervaringen over hoe ze met het publiek omgaan. “Als het gaat om een doelgroep die ik niet iedere dag tref, zorg ik dat ik ook mensen uit de doelgroep zelf spreek,” zegt keynote spreker Ben Tiggelaar bijvoorbeeld. 2
Zelf gaan de auteurs dieper in op de betrokkenheid van het publiek. Een hoog betrokken publiek heeft de benodigde kennis, laat zich niet snel afleiden, wil zich verdiepen in het onderwerp en wil graag nadenken over de inhoud. Een laag betrokken publiek wordt daarentegen juist afgeleid door irrelevante zaken, is ongemotiveerd om zich in het onderwerp te verdiepen en wil niet graag nadenken over de inhoud. 4 Sprekers moeten zich hiervan bewust zijn als ze willen dat hun boodschap overkomt op de toehoorders.
Presence is de sleutel
Een andere krachtige passage gaat over de aandacht die je als spreker moet verdelen over verschillende elementen. Nobbe en Mieras laten een pianist aan het woord, die onder meer over zijn vingerbewegingen vertelt: “Het klinkt misschien vreemd, maar daar houd ik me tijdens een concert maar heel zijdelings mee bezig. […] Ik automatiseer hun bewegingen, zodat ze op het juiste moment de juiste toetsen kunnen vinden. Maar ik behoud wel de vrijheid om de dynamiek en timing in mijn spel te leggen zoals ik dat op het moment wil.” 5
Dit verhaal bevat een les voor elke spreker: creëer de omstandigheden om tijdens een presentatie volledig aanwezig te zijn, zowel fysiek als mentaal. Dat is wat we ook wel presence noemen. Als je jezelf goed voorbereidt en weet wat je wilt zeggen, dan kun je gedurende je presentatie vertrouwen op je natuurlijke vermogen om iets aan anderen te vertellen en ben je in staat om contact te maken met je publiek.
Waar komt de informatie vandaan?
Valt er dan niets op Meestersprekers aan te merken? Jawel. Een groot minpunt is dat de auteurs niet met voetnoten werken. Ondanks de literatuurlijst blijft het vaak gissen waar ze specifieke informatie vandaan halen. Zo stellen ze dat in de VS en Groot-Brittannië ‘de meeste sprekers gepokt en gemazeld [zijn] in het toepassen van de retorische vertelstructuur.’ 6 Hoewel ze deze structuur als een algemeen geaccepteerd model behandelen, blijkt nergens door wie het is ontwikkeld of in welke context er gebruik van wordt gemaakt.
Hetzelfde geldt bijvoorbeeld voor het onderscheid dat ze maken tussen dynamische en inhoudelijke interactie. De manier waarop ze het presenteren is aannemelijk, maar de vraag is of ze dit onderscheid zelf hebben gemaakt of dat ze zich op een bron baseren. Verder valt op dat Meestersprekers eerder een kennisboek dan een werkboek is. Het is geschikt voor lezers die kennis over spreken in het openbaar willen opdoen, maar minder voor lezers die behoefte hebben aan praktische tips en oefeningen.
“Dien de wereld met wat je te vertellen hebt”
Ondanks deze punten van kritiek is Meestersprekers een waardevol werk voor wie meer te weten wil komen over de kunst van het spreken. Nobbe en Holwerda zijn erin geslaagd hun primaire doel te bereiken: iedereen die dit boek leest, leert iets van verschillende meestersprekers.
Aan dat doel ligt een diepere wens ten grondslag, namelijk om de spreekcultuur in Nederland naar een hoger niveau te tillen. De auteurs sluiten dan ook af met een passende boodschap: ‘Dien de wereld met wat je te vertellen hebt. Spreek!’ 7
Wil jij net zo spreken als deze meestersprekers?
Wil jij leren presenteren als een meesterspreker? Lees onze ultieme presenteergids voor professionals, schrijf je in voor een van onze cursussen of neem rechtstreeks contact op met De Presenteerschool.
Vond je dit een interessant artikel? Laat een comment achter en deel de post via social media met je contacten.
Bronnen
- Nobbe, F. & Holwerda, N. (2010). Meestersprekers. Over de kunst van het spreken. Den Haag: Sdu, p. 7.
- Nobbe, F. & Holwerda, N. (2010). Meestersprekers. Over de kunst van het spreken. Den Haag: Sdu, p. 29.
- Bond van Nederlandse Architecten (2014). ‘Jury-voorzitter Paul Schnabel maakt de winnaar bekend’, geraadpleegd op 29 januari 2020 via https://tinyurl.com/rlap6ky.
- Nobbe, F. & Holwerda, N. (2010). Meestersprekers. Over de kunst van het spreken. Den Haag: Sdu, p. 29.
- Nobbe, F. & Holwerda, N. (2010). Meestersprekers. Over de kunst van het spreken. Den Haag: Sdu, p. 85.
- Nobbe, F. & Holwerda, N. (2010). Meestersprekers. Over de kunst van het spreken. Den Haag: Sdu, p. 36.
- Nobbe, F. & Holwerda, N. (2010). Meestersprekers. Over de kunst van het spreken. Den Haag: Sdu, p. 144.
2 reacties