Hoe krijg je applaus als spreker? Dat is een relevante vraag voor professionals die een publiek willen enthousiasmeren. Over succesvolle sprekers valt te zeggen dat ze een zaal in hun greep hebben. Ze weten precies wat ze moeten doen om het publiek de gewenste kant op te bewegen. De Britse socioloog Max Atkinson is auteur van Our Master’s Voice (1984), een toonaangevend boek over presentatietechnieken. Volgens hem moeten sprekers “communiceren met hun publiek op ongeveer dezelfde manier als een dirigent doet met een orkest of koor.” 1
Applaus als spreker voor groepen
Het publiek moet dus precies begrijpen waar de spreker heen wil: zijn diens woorden bedoeld om ademloos naar te luisteren of om onder een luid applaus te bedelven? Om dat tweede effect te bereiken kun je een claptrap gebruiken. Dat is “een truc, techniek of taaluiting die ontworpen is om applaus op te wekken.” 2 In zijn boek onderscheidt Atkinson verschillende claptraps, waarvan we hieronder de drie belangrijkste bespreken: de tegenstelling, het raadsel en de drieslag.
1. De tegenstelling
Tegenstellingen kunnen je helpen om je publiek ergens van te overtuigen. Ze hebben namelijk de krachtige eigenschap dat ze de ene kant van een verhaal negatief kunnen belichten, zodat de andere kant automatisch positief lijkt. Daarnaast kun je met tegenstellingen naar een climax toewerken die hetzelfde effect heeft als de clou van een grap. 3
Zoals je met een goed vertelde grap kunt rekenen op een lachsalvo als moppenverteller, kun je met een succesvolle climax rekenen op applaus als spreker. Een zittende minister-president kan in een verkiezingstoespraak bijvoorbeeld een tegenstelling gebruiken: “We kunnen kiezen tussen twee partijen: één die het beleid van de afgelopen vijf jaar voortzet en één die teruggaat naar het beleid van vijftig jaar geleden.” Dat beeld is niet alleen helder, maar ook luchtig en daardoor humoristisch.
2. Het raadsel
Als je uit bent op applaus als spreker, dan kun je de tegenstelling uitwerken in de vorm van een raadsel. De tegenstrever van de minister-president kan bijvoorbeeld in haar toespraak een retorische vraag stellen: “Welke toekomst lijkt u het beste voor uw kinderen? Eén waarin ze opgroeien met mondkapjes en oud worden met gasmaskers? Of één waarin ze opgroeien tussen de struiken en oud worden tussen de bomen?” Dit is geen echt raadsel, maar leidt er wel toe dat het publiek nadenkt over de vraag en de antwoordopties.
De politica kan dit raadsel ook anders formuleren: “Als de klimaatcrisis onder het huidige bewind doorzet, wat is dan de overeenkomst tussen uw kinderen en kleinkinderen? Ze kunnen geen van beide vrij ademen: uw kinderen moeten een mondkapje dragen en uw kleinkinderen hebben een gasmasker nodig.” Hoewel dit raadsel geen retorisch karakter heeft, is het ook in dit geval niet de bedoeling dat de toehoorders antwoord geven: ze moeten verleid worden tot nadenken – en het liefst tot een applaus.
3. De drieslag
De drieslag is een opsomming bestaande uit drie elementen die elkaar versterken. Volgens Atkinson zijn drieslagen aantrekkelijk omdat ze eenheid of volledigheid uitstralen. 4 Wetenschappelijk onderzoek ondersteunt deze visie. 5 Er zijn verschillende soorten drieslagen, zoals een opsomming met een climax of met gelijkvormige elementen.
De politica uit het vorige voorbeeld kan haar toespraak bijvoorbeeld afronden met een drieslag met climax: “Met ons aan de macht is de toekomst groen, groener, groenst.” De minister-president zou juist kunnen kiezen voor een drieslag met gelijkvormigheid, zoals alliteratie: “Wij houden ons land vrolijk, vrij en vreedzaam.” Als je de drieslag goed timet, ben je vaak verzekerd van applaus als spreker.
De handen op elkaar krijgen
Ben je te nadrukkelijk op zoek naar applaus als spreker? Dan krijg je waarschijnlijk niet de reactie die je beoogt. Je moet de claptraps vernuftig in je verhaal verwerken, zodat toehoorders niet doorhebben dat je ze beïnvloedt maar wel aanvoelen dat ze op het goede moment moeten applaudisseren. Soms krijg je dat spontaan voor elkaar, maar vaker is het een kwestie van oefening en ervaring. Bovendien stelt Atkinson dat claptraps pas succesvol zijn als je meer dan één techniek combineert. 6 Om de besproken technieken te laten slagen moet je bijvoorbeeld ook je tekst goed timen, voldoende pauzes inlassen en de juiste woorden benadrukken.
Krijg jij applaus als spreker?
Hoe goed je deze technieken ook toepast: zelfs de meest uitgedokterde claptraps zijn niet altijd een garantie voor een applaus. Het is belangrijk om deze technieken niet alleen te begrijpen, maar ook om ze met overtuiging toe te kunnen passen als je voor een groep staat.
BRONNEN
- Atkinson, M. (1984). Our Master’s Voice: The Language and Body Language of Politics. New York: Psychology Press, p. 48.
- Atkinson, M. (1984). Our Master’s Voice: The Language and Body Language of Politics. New York: Psychology Press, p. 47.
- Atkinson, M. (1984). Our Master’s Voice: The Language and Body Language of Politics. New York: Psychology Press, p. 73.
- Atkinson, M. (1984). Our Master’s Voice: The Language and Body Language of Politics. New York: Psychology Press, p. 57.
- Heritage, J., & Greatbatch, D. (1986). ‘Generating applause: a study of rhetoric and response at party political conferences’, The American Journal of Sociology, vol. 92, p. 126, geraadpleegd op 5 oktober 2021.
- Atkinson, M. (1984). Our Master’s Voice: The Language and Body Language of Politics. New York: Psychology Press, p. 48.