Sinds de opkomst van TED is de talk niet weg te denken uit het informatietijdperk waarin we leven. Of je het nu een praatje, een voordracht of een toespraak noemt: in veel opzichten is de talk het ideale middel om een idee uit de doeken te doen, een statement te maken of een product te promoten. Althans, als je het goed aanpakt. Het is immers behoorlijk pittig om de relevante informatie te selecteren en daar een samenhangend geheel van te maken dat je ogenschijnlijk moeiteloos presenteert. Wil jij een idee verspreiden onder je publiek? In deze longread lees je precies wat je daarvoor moet doen.

De talk: een ideaal middel om ideeën te verspreiden
1. Wat is een talk eigenlijk?
De talk kent geen vastomlijnde vorm of eenduidige definitie. Toch is het globale concept helder: een praatje om een idee te verspreiden onder een publiek. Hoewel een talk vaak informatief van aard is, kan het onderliggende doel wel degelijk zijn om je toehoorders te overtuigen of te activeren. In die gevallen fungeert de informatie om de stelling of de call-to-action te onderbouwen.
Je kunt bijvoorbeeld een talk geven die uitgaat van een vraag: “Hoe komt het dat lezen goed voor je is?” Als je volstaat met het wetenschappelijke antwoord op die vraag, dan heb je een informatieve talk gehouden. Gebruik je dat antwoord vervolgens om een standpunt in te nemen (“Daarom moet de ontlezing gestopt worden!”) of de toeschouwers aan te sporen tot actie (“Ren dus nu naar de dichtstbijzijnde boekhandel, koop een boek en ga zitten lezen!”), dan dient de talk om het publiek respectievelijk te overtuigen of te activeren.
Bij TED bestaat de regel dat de presentatie niet langer dan achttien minuten mag duren. Dat is een willekeurige keuze, want bij bijvoorbeeld Talks at Google zijn sprekers soms anderhalf uur aan het woord. Over het algemeen duren talks niet langer dan negentig minuten. Als dat wel zo is, dan neigt het al gauw naar een andere veelgebruikte vorm van mondelinge kennisoverdracht, het hoorcollege, dat zomaar drie uur in beslag kan nemen.
1.1 Waaraan dankt de talk zijn populariteit?
Gezien de aard van de talk is het logisch dat het in onze tijd een populaire presentatievorm is. Het is immers een efficiënte manier om je boodschap te verkondigen. Toch heeft de talk te maken met hevige concurrentie. Kennisoverdracht is niet eerder zo eenvoudig geweest en vindt op allerlei manieren plaats, van educatieve apps en podcasts tot instructieve YouTube-kanalen en moocs.
Mensen wonen echter nog steeds graag talks bij. Evenementen als het Brainwash Festival, The School of Life Festival en het Gala van de Wetenschap danken hun bestaan aan deze presentatievorm. De aantrekkingskracht schuilt onder meer in het officiële karakter ervan. Iemand die in levenden lijve twintig minuten spreekt voor een publiek, doet dat doorgaans alleen als hij of zij écht boven de stof staat. Die garantie heb je minder snel als je een willekeurige vlogger volgt, die de video net zolang kan bewerken tot het geheel inhoudelijk deugt en er flitsend uitziet.
1.2 Welke soorten talks onderscheiden we?
Er zijn verschillende presentatievormen die onder de noemer talk kunnen worden geschaard. Hieronder bespreken we drie populaire variaties: de keynote speech, de TED-talk en de lightning talk.
De keynote speech
Het Engelse begrip ‘keynote’ heeft volgens Van Dale drie betekenissen: grondtoon, hoofdgedachte en grondbeginsel. 1 Alle drie maken ze duidelijk wat een keynote speech inhoudt: een talk waarmee de spreker het centrale thema van een bijeenkomst uiteenzet, bijvoorbeeld op een congres van een politieke partij of tijdens een evenement over een actueel onderwerp. Je zou de keynote speech in het Nederlands ook wel thematoespraak kunnen noemen. Een keynote speech duurt tussen de 45 en negentig minuten, afhankelijk van de aard van het programma en de lengte van de bijeenkomst.
Keynote speakers zijn vaak prominenten en fungeren soms – maar zeker niet per definitie – ook als ceremoniemeester. Om een keynote te geven, moet je in elk geval binnen de context van de bijeenkomst als autoriteit gezien worden. De spreker verkrijgt die autoriteit lang niet altijd op inhoudelijke gronden. Zo opende Prinses Laurentien jarenlang als niet-taalkundige het Onze Taal-congres, in haar hoedanigheid van beschermvrouwe van het Genootschap Onze Taal.
De relativiteit van autoriteit
In sommige gevallen is de autoriteit zo onmiskenbaar, dat de keynote vernoemd wordt naar de spreker. Het bekendste voorbeeld daarvan is wijlen Steve Jobs, de CEO van Apple die congressen van dat bedrijf steevast opende met een keynote over de laatste producten. Zijn speeches groeiden uit tot een op zichzelf staand fenomeen en werden omgedoopt tot Stevenotes.
Niet iedereen is in de bevoorrechte positie dat er een keynote naar hem of haar vernoemd wordt. Toch is het een bekend verschijnsel dat vaste sprekers tijdens terugkerende evenementen de toon zetten door de eerste talk voor hun rekening te nemen. Op universiteiten is het gebruikelijk dat de rector magnificus bij de opening van een nieuw academisch jaar een toespraak jaar verzorgt, bij sportclubs dat de voorzitter de nieuwjaarsborrel van een speech voorziet en in de politiek dat de koning of koningin jaarlijks een kerstrede houdt. Met een beetje goede wil zijn al deze presentaties als keynote speeches te beschouwen.
De TED-talk
TED (Technology, Entertainment, Design) is een van de gezaghebbendste organisaties van de eenentwintigste eeuw. TED-talks zijn veruit de populairste talks ter wereld. Hoewel de eerste TED-conferentie al in 1984 werd gehouden, kende de stichting haar wereldwijde doorbraak pas in 2009 toen het haar Open Translate Project lanceerde. Daarmee werden de op dat moment beschikbare talks massaal van ondertiteling voorzien voor ‘de 4,5 miljard mensen op de planeet die geen Engels spreken’. 2
Sinds 2009 bestaat er een gratis TED-certificaat, waarmee organisaties hun eigen, semi-onafhankelijke TED-evenement kunnen organiseren. Intussen worden wereldwijd duizenden TEDx-conferenties georganiseerd. Overigens zijn de drie oorspronkelijke hoofdthema’s – technologie, entertainment en design – allang niet meer leidend bij de invulling van het programma. TED-talks gaan tegenwoordig over vrijwel elk onderwerp dat je kunt bedenken, van persoonlijke groei tot businessmodellen en van religie tot filosofie.
De tijdslimiet: willekeurig of nauwkeurig?
Zoals gezegd duurt een TED-talk maximaal achttien minuten. “Waarom achttien? Dat is kort genoeg om de aandacht van mensen vast te houden, ook op internet, en nauwkeurig genoeg om serieus genomen te worden. Maar het is ook lang genoeg om iets te zeggen wat ertoe doet,” zegt Chris Anderson, de curator van TED. 3
Ook de invloedrijke keynote spreker Carmine Gallo zweert bij de achttienminuten-regel om je idee te verspreiden. 4 Daarvoor verwijst hij naar de cognitive load waar je als spreker de toeschouwers tijdens een talk mee opzadelt. Dat is de geestelijke bagage die zich tijdens de presentatie opbouwt en die luisteraars tot het einde met zich meedragen. Als de spreker te lang doorgaat, bezwijkt het publiek onder die last en haakt het onvermijdelijk af.
Achttien of twintig?
Beide auteurs dragen echter geen onderzoeken aan waaruit blijkt dat de aandachtsspanne van het publiek na precies achttien minuten afneemt. Er is onderzoek bekend waaruit blijkt dat dit na twintig minuten gebeurt en dat de aandacht daarna niet meer zomaar terugkeert, maar die bevindingen zijn helaas niet sterk onderbouwd. 5 6
Wetenschappelijk onderzoek is overigens niet noodzakelijk om aan te tonen dat achttien minuten een uitstekende lengte is om je idee te verspreiden. Het succes van TED, en van legendarische toespraken zoals de I Have a Dream-speech van Martin Luther King (16.12) en de eerste inaugurele rede van Barack Obama (18.31), spreekt in dit verband voor zich.
De lightning talk
De lightning talk is rond de eeuwwisseling ontstaan tijdens IT-conferenties in de Verenigde Staten. Deze presentatievorm duurt vijf tot tien minuten en heeft als doel een onderwerp op een snelle, inzichtelijke en heldere wijze te bespreken. Deze presentatievorm is bedoeld om de aandacht van het publiek te trekken en essentiële informatie te delen. 7
Dankzij de lightning talk kunnen verschillende sprekers in korte tijd hun idee verspreiden. 8 Bij YAPC 19100, waar deze presentatievorm groot is geworden, vinden de talks plaats in een reeks van elf in een uur of van zestien in negentig minuten. 9 Zo’n reeks wordt ook wel een data blitz genoemd.
De opkomst van bliksemsnelle presentaties
We zijn er allang aan gewend dat kennis steeds sneller en beknopter moet worden gedeeld, maar de lightning talk is ontstaan vóór de massale opkomst van het internet. Blijkbaar was de behoefte aan vlotte informatieoverdracht er toen ook al.
In de loop der jaren zijn er veel meer formats voor korte talks ontstaan, zoals de ignite en de pecha kucha, die vergelijkbaar gestructureerd zijn. Iemand die een ignite talk geeft, houdt een praatje aan de hand van twintig slides die steeds vijftien seconden getoond worden. Zo’n presentatie duurt dus precies vijf minuten. De pecha kucha kent dezelfde opbouw en bestaat ook uit twintig sheets, maar de spreker heeft iets meer tijd, namelijk twintig seconden per slide.
Het doel van beide formats ligt voor de hand: deel informatie die zo waardevol is dat je er met gemak tientallen sheets aan kunt besteden, maar beperk je zodanig tot de kern dat je in een sneltreinvaart door je verhaal heen kunt razen. Het zijn dus ideale talks voor wie in weinig tijd veel te zeggen heeft.
2. Een succesformule om je idee te verspreiden
Iedereen kent de traditionele presentatie-indeling in inleiding, kern en slot. Dat is een veilige keuze en het is beter daarvoor te kiezen dan om een structuurloze talk te geven. Het probleem is echter dat je nauwelijks in staat bent écht indruk te maken als je een dergelijke, voorspelbare structuur volgt. Daarvoor is ze te zendergericht, terwijl je juist moet uitgaan van de ontvanger om je boodschap krachtig over te brengen.
Volgens Chris Anderson, CEO van TED, doorloopt een presentatie idealiter de volgende vijf stadia:
- Verbinden;
- Vertellen;
- Uitleggen;
- Overtuigen;
- Openbaren. 10
Hieronder bespreken we de stadia een voor een. We leggen uit wat ze inhouden en waarom ze van belang zijn. Op korte termijn publiceren we trouwens een kennisclip over het boek.

2.1 Verbinden
Om als zender je informatie over te brengen, je kennis te delen en je idee te verspreiden, is het noodzakelijk dat je ontvangers openstaan voor wat je te vertellen hebt. Zoals Anderson het verwoordt: “Kennis kan niet in een brein worden geduwd; ze moet erin getrokken worden.” 11 Een goede methode om dat te bereiken, is door je presentatie persoonlijk te maken. Op die manier kun je in verbinding komen te staan met je publiek. In de TED-methode doet de auteur verschillende suggesties om je talk een persoonlijke touch te geven.
Ten eerste raadt hij je aan oogcontact te maken, bijvoorbeeld met drie of vier aanwezigen. Ten tweede geeft hij het advies om jezelf kwetsbaar op te stellen, zoals Lammert Kamphuis als hij spreekt over verlangen en onrust doet. Dat is geen vrijbrief om schaamteloos al je onzekerheden te openbaren, maar een aanmoediging om te laten zien dat jij ook maar een mens bent. Ten derde benadrukt de schrijver de kracht van humor, maar alleen als je in het dagelijks leven ook grappig gevonden wordt. Ten vierde adviseert hij je om als spreker je ego opzij te zetten. Zelfspot werkt vrijwel altijd als je ervoor wilt zorgen dat het publiek je autoriteit erkent zonder je arrogant te vinden. Ten slotte beveelt hij je aan om je talk van een verhaal te voorzien, een onderwerp waar hij vervolgens een volledig hoofdstuk aan wijdt.
2.2 Vertellen
Volgens velen is het verhaal datgene waarmee mensen zich onderscheiden van andere organismen. In de loop der millennia zijn we geëvolueerd tot vertalenvertellers – van jagers die elkaar volksverhalen vertelden bij een kampvuur tot aan geletterden die boeken lezen en films kijken. Ons vermogen om een verhaal over te brengen en te interpreteren, maakt ons wie we zijn, stelt Anderson. Hij krijgt daarin bijval van moderne denkers als Alain de Botton en Noah Yuval Harari, waarbij die laatste het liever heeft over ons vermogen om een idee te verspreiden en in illusies te geloven.
“Het is geen verrassing dat veel van de beste talks zijn verankerd in storytelling,” stelt Anderson. 12 Iedereen is immers in staat zich te identificeren met een personage, wat diegene overkomt en de keuzes die hij of zij maakt. Storytelling is dus een uitgelezen manier om een connectie te creëren, zoals koning Willem-Alexander deed tijdens de nationale dodenherdenking. Het is niet eenvoudig een goed verhaal op te bouwen en dat meeslepend te vertellen, maar als je erin slaagt, oefen je een sterke aantrekkingskracht uit en vind je hoogstwaarschijnlijk de verbinding met je toeschouwers. Lees hier hoe je een spannend verhaal vertelt.
2.3 Uitleggen
Politici die een simplistisch beeld van de realiteit schetsen, genieten vaak een grote populariteit. Dat komt doordat informatie blijft hangen als ze eenvoudig genoeg is om te bevatten zonder dat je er dieper over na hoeft te denken. Mocht je een complex idee willen verspreiden, dan moet je het dus van zijn complexiteit ontdoen. Je moet het zo simpel mogelijk uitleggen, zonder de waarheid geweld aan te doen. Volgens Anderson voltrekt een meesterlijke uitleg zich in vijf stappen:
- Begin bij het begin;
- Prikkel de nieuwsgierigheid;
- Dien de concepten een voor een toe;
- Gebruik metaforen;
- Maak gebruik van voorbeelden. 13
Als spreker moet je dus rekening houden met wat de toeschouwers wel en niet weten. Waar hun voorkennis eindigt, begint jouw uitleg. Daarnaast moet je uitleg het waard zijn om naar te luisteren, dus je doet er goed aan een vraag te stellen die mensen nieuwsgierig maakt en waarop het antwoord niet direct duidelijk is.
Verder is het belangrijk om onbekende concepten uit te leggen voordat je ze gebruikt. Werk daarbij van algemeen naar specifiek: pas als je weet wat A voorstelt, kun je begrijpen wat B inhoudt. Tot slot is het raadzaam om metaforen en voorbeelden te gebruiken, omdat je daarmee kunt uitbeelden wat je bedoelt. Eén beeld zegt nu eenmaal meer dan duizend woorden.

2.4 Overtuigen
Overtuigen houdt volgens Anderson in dat je anderen tot het inzicht brengt dat hun wereldbeeld niet klopt. Daarvoor moet je bestaande opvattingen wegnemen en vervangen door nieuwe opvattingen. 14 Om iemand van je gelijk te overtuigen heb je verschillende instrumenten tot je beschikking.
Het eerste instrument is priming. Dat is een term uit de psychologie die inhoudt dat je een houding of gedachte activeert bij een persoon die zich daar niet van bewust is. Stel dat je het publiek van een controversiële stelling wilt overtuigen, bijvoorbeeld dat de wereld in de loop der eeuwen niet onveiliger maar juist veiliger is geworden. Als je onmiddellijk met die stelling begint, stuit je waarschijnlijk op weerstand. Het is dan ook slimmer om eerst een welwillende houding op te wekken bij je toehoorders.
Je zou kunnen beginnen met een historisch overzicht van het geweld in de westerse wereld, waarna je uitlegt dat de hedendaagse media er baat bij hebben te focussen op wat slecht gaat in plaats van op wat goed gaat. 15 Als je dat hebt gedaan, zijn je toehoorders geprimed om het (al niet meer zo controversiële) idee dat je wilt verspreiden te aanvaarden.
Meer dan logica
Na de priming ontstaat er ruimte voor logica om je idee onder het publiek te verspreiden. Volgens de schrijver is logica waardevol doordat je er een hogere mate van zekerheid mee kan bereiken dan met andere geestelijke instrumenten. Als je argumentatie goed is opgebouwd, dus als het uitgangspunt en de daaropvolgende redeneerstappen kloppen, dan moet de conclusie ook kloppen. Aan de hand van logica kunnen we dus beredeneren dat iets waar is.
Het grote nadeel van logica is echter dat je moeite moet doen om iemands redenering te volgen. Hoe deugdelijk je argumentatie ook is opgebouwd: als je de aandacht van het publiek er niet mee vasthoudt, zijn je pogingen tot overtuigen gedoemd te mislukken. Daarom is het belangrijk om je argumenten met wat humor te brengen en om er waar mogelijk een anekdote aan toe te voegen. Verder raadt Anderson aan om levendige voorbeelden en krachtige beelden te gebruiken, zodat je toeschouwers op z’n minst geboeid blijven totdat je bent uitgesproken.
2.5 Openbaren
In sommige gevallen volstaan je uitleg of je overtuigingstechnieken niet om je idee te verspreiden. Als je een nieuw product hebt ontwikkeld, kun je mensen vertellen wat het inhoudt en benadrukken dat ze niet zonder kunnen, maar dat gaat volledig langs ze heen zolang ze het product niet kennen. De beste manier om ze van het nut van jouw product te overtuigen, is door het ze zelf te laten beleven. Anderson noemt drie manieren waarop je dat kunt doen.
Ten eerste kun je toehoorders meenemen op een wonderwandeling. Als jij je in een onderwerp verdiept, is de kans groot dat je onderweg op allerlei fascinerende zaken stuit waar buitenstaanders nooit mee in aanraking komen. Wil je de toeschouwers een glimp geven van jouw fascinatie? Neem ze mee op reis! Weet jij alles van de ontstaansgeschiedenis van talen? Toon je publiek welke overeenkomsten er zijn tussen de eerste gesproken woorden en ons hedendaagse taalgebruik. Ben jij een diepzeeduiker? Deel een foto van het opzienbarendste wezen dat je bent tegengekomen. Sta jij dagelijks voor de klas? Maak de zaal deelgenoot van de gedenkwaardigste opmerkingen die je leerlingen gemaakt hebben.
Tonen, niet vertellen
Ten tweede kun je het publiek trakteren op een demo – ter plekke, tijdens je talk. Geef je toeschouwers een voorproefje van hoe je nieuwe app werkt of van de invloed die jouw meditatietechniek op hun gemoedsrust heeft. Ten derde kun je een droomlandschap schetsen. Wil jij de buitenwereld uitleggen waarom het wenselijk is dat we jouw droomwereld bewerkstelligen? Laat dan eerst zien hoe die wereld eruitziet. Afbeeldingen, filmpjes, cijfers: het publiek moet alles te weten komen over jouw utopie voordat het erin kan gaan geloven.
Een van de belangrijkste adviezen voor verhalenvertellers is show, don’t tell. Dat is niet voor niets: de overtuigendste wijze om jouw boodschap over te brengen, is door haar te openbaren.
3. Hoe bereid je jezelf voor?
Een goede voorbereiding is een basisvoorwaarde om je idee onder de aandacht te brengen. Daarbij gelden er geen algemene regels om jezelf aan te houden, want weinig onderdelen van de presentatie zijn zo persoonlijk als de voorbereiding. Toch is het goed om op een aantal vlakken bewuste keuzes te maken, waarbij je als leidraad houdt dat ze jou optimaal dienen.
Doel, doelgroep en kernboodschap
Het fundamenteelste deel van de voorbereiding is om je doel, je doelgroep en de essentie van je talk te bepalen. Uiteraard kun je beginnen met een brainstormsessie, met een mindmap of met een avondje googelen om interessante bronnen te vinden, maar je talk kan pas een succes worden als je weet wat je ermee wilt bereiken.
Wil je de toeschouwers iets bijbrengen, wil je ze ergens van overtuigen of wil je dat ze in actie komen? Als je die vraag hebt beantwoord, moet je vaststellen wie je toeschouwers eigenlijk zijn. Hoe oud zijn ze, wat is hun opleidingsniveau, hoeveel voorkennis hebben ze, enzovoorts. Heb je dat helder voor ogen? Dan is het tijd om te formuleren welk centrale idee je wilt verspreiden. Wil je de hoofdgedachte of de kernboodschap van je talk vaststellen? In dit artikel vind je een stappenplan.
Instuderen of improviseren?
De persoonlijkste keuze is of je de talk wel of niet uit je hoofd leert. Sommigen hebben genoeg aan een woord of een afbeelding om te weten wat ze moeten zeggen, maar er zijn ook sprekers die zelfs de pauzes tussen hun zinnen van tevoren instuderen. In het boek Meestersprekers komen negentien geroutineerde sprekers aan het woord en die houden er allemaal hun eigen ritueel op na.
Het voordeel van een ingestudeerde tekst is dat je presentatie zeer gestructureerd kan overkomen. Het nadeel is dat je de tekst kunt kwijtraken, wat de kans op een totale black-out vergroot. Het voordeel van de lossere methode is dat je ter plekke bijsturing kunt geven aan je verhaal. Er is ruimte voor spontaniteit. Het nadeel is dat je vrij gauw afwijkt van de rode draad, waardoor je in irrelevante uitweidingen verzeild raakt.
Met andere woorden: er bestaat op dit vlak geen goede of foute methode. Het gaat erom waar jij jezelf het beste bij voelt.
Technologische hulpmiddelen
Als je de beschikking hebt over een betrouwbare computer en een projectiescherm, kun je presentatiesoftware bij je presentatie gebruiken. Voordat je PowerPoint opent of naar Prezi surft, is het zinnig om jezelf af te vragen waarom je gebruikmaakt van software om je talk te ondersteunen.
Als je er slechts tijd mee wilt doden, is het waarschijnlijk zinniger om energie te steken in de optimalisatie van andere aspecten van je talk. Een praatje zonder audiovisuele ondersteuning kan namelijk onderhoudend genoeg zijn voor je toeschouwers. Zeker als je een connectie met het publiek wilt creëren, kunnen jouw zorgvuldig geselecteerde afbeeldingen en filmpjes juist in de weg gaan staan van het idee dat je wilt verspreiden. Je moet dus een gegronde reden voor het gebruik van presentatietools hebben.
Een goede reden is omdat technologische hulpmiddelen je helpen je verhaal logisch te structureren en je idee helderder te verspreiden. Een andere reden kan zijn dat het vaak duidelijker is om iets te laten zien dan om het te omschrijven. Het is onbegonnen werk om het publiek met woorden een idee te geven van bijvoorbeeld een architectonisch hoogstandje als het Guggenheim Museum in Bilbao. In dat geval maakt een beeld in één klap duidelijk wat je bedoelt.
4. Slaag jij erin om jouw boodschap te verkondigen?
Wil je informatie delen, een idee verspreiden en een boodschap verkondigen? Geef een talk die je publiek bijblijft door de kennis uit dit artikel toe te passen. Wees je bewust van de rode draad en verdiep je in de doelgroep. Zorg er verder voor dat je weet hoeveel tijd je hebt om je praatje te houden en welke technologische hulpmiddelen je tot je beschikking hebt.
Wil jij leren hoe je een fantastische talk geeft? De Presenteerschool helpt je daar graag bij. Lees onze ultieme presenteergids voor professionals, schrijf je in voor een van onze cursussen of neem rechtstreeks contact op met De Presenteerschool.
Vond je dit een interessant artikel? Laat een comment achter en deel de post via social media met je contacten.
Bronnen
Omslagfoto: talk van Carmine Gallo @ Le Web Paris 2013. Official Leweb Photos (2013). ‘The 3 unbreakable laws of communication workshop – Carmine Gallo’, geraadpleegd op 11 augustus 2019 via https://www.flickr.com/photos/leweb3/11330993466.
- Dikke Van Dale Online, geraadpleegd op 10 augustus 2019 via https://pakket45-vandale-nl.rps.hva.nl:2443/zoeken/zoeken.do.
- TED Staff. ‘TED’s Open Translation Project brings subtitles in 40+ languages to TED.com’, TEDBlog, 13 mei 2009, geraadpleegd op 10 augustus 2019 via https://blog.ted.com/ted_open_trans/.
- Anderson, C. (2016). TED Talks. The Official TED Guide to Public Speaking. London: Nicholas Brealey Publishing, p. 34.
- Gallo, C. (2017). Talk like TED. The 9 Public Speaking Secrets of the World’s Top Minds. London: Macmillan, p. 196-200.
- Wilson, K. en J. Korn. ‘Attention During Lectures: Beyond Ten Minutes’. In: Teaching of Psychology, vol. 34 (2007), p. 85-89.
- Bradbury, N. ‘Attention span during lectures: 8 seconds, 10 minutes or more?’ In: Advances in Physiology Education, vol. 40 (2016), p. 509-513.
- Z.a. ‘Giving a Good Lightning Talk’, Software Sustainability Institute, z.d., geraadpleegd op 10 augustus 2019 via https://bit.ly/35jPsY9.
- Fowler, M. ‘Giving Lightning Talks’, Perl.com, 30 juni 2004, geraadpleegd op 10 augustus 2019 via https://bit.ly/3Hx9efU.
- Z.a. ‘What are Lightning Talks?’ Plover, 2003, geraadpleegd op 11 augustus 2019 via https://bit.ly/35zFWjk.
- Anderson, C. (2016). TED Talks. The Official TED Guide to Public Speaking. London: Nicholas Brealey Publishing, p. 59.
- Anderson, C. (2016). TED Talks. The Official TED Guide to Public Speaking. London: Nicholas Brealey Publishing, p. 47.
- Anderson, C. (2016). TED Talks. The Official TED Guide to Public Speaking. London: Nicholas Brealey Publishing, p. 64.
- Anderson, C. (2016). TED Talks. The Official TED Guide to Public Speaking. London: Nicholas Brealey Publishing, p. 76.
- Anderson, C. (2016). TED Talks. The Official TED Guide to Public Speaking. London: Nicholas Brealey Publishing, p. 86.
- Anderson, C. (2016). TED Talks. The Official TED Guide to Public Speaking. London: Nicholas Brealey Publishing, p. 87.
23 reacties