Spreken in het openbaar is een intensieve activiteit. Je moet je aandacht over jezelf en je publiek verdelen en ondertussen je boodschap zo helder en geloofwaardig mogelijk verkondigen. Meestal krijg je maar één kans, dus je moet het meteen goed doen. In dit artikel lees je hoe je met zo’n retorische situatie kunt omgaan.
De retorische situatie: jij, je publiek en je boodschap
Zodra je als spreker voor een publiek verschijnt, ontstaat er een retorische situatie. Dit concept is bedacht door Lloyd Bitzer, een invloedrijke retoricus uit de Verenigde Staten. Hij definieert het als de context waarin een retorische handeling plaatsvindt. De situatie bestaat uit een aanleiding, een publiek en een spreker. Die moet de toeschouwers tot een besluit of handeling aansporen en daarbij rekening houden met allerlei externe factoren. 1
Als spreker heb je in een retorische situatie te maken met twee vormen van bewustzijn. Enerzijds moet je jezelf bewust zijn van de context waarin je spreekt. Wie zijn je toeschouwers en waarom zitten ze in de zaal? Anderzijds is er het bewustzijn van jezelf. Welke boodschap wil je verkondigen en hoe ga je dat doen? Hoe scherper het antwoord dat je hierop formuleert, des te eenvoudiger het is om de retorische situatie optimaal te benutten.
De aanleiding
Waarom zit je publiek in de zaal? Ga ervan uit dat je toeschouwers allemaal een volle agenda hebben. Speciaal om naar jou te luisteren hebben ze tijd ingeruimd. Hoe relevanter jij je praatje maakt voor je publiek, des te eerder ze geneigd zijn zich open te stellen voor je boodschap. Dat is precies wat je wilt: je houdt je presentatie immers om een doel te bereiken.
De aanleiding van je presentatie kun je dus achterhalen door twee vragen te beantwoorden: met welk doel sta je op het podium en waarom zitten je toeschouwers in de zaal? Als je dat weet, kun je gaan inzoomen op de samenstelling van het publiek.
Het publiek
Volgens Bitzer moet het publiek dus worden aangespoord tot een besluit of een handeling. Met andere woorden: je moet het ergens van overtuigen of ergens toe activeren. Daar valt het nodige tegenin te brengen. Als je iets mededeelt of uitlegt, dan is het je doel om je toeschouwers te informeren of te instrueren. Je wilt dat ze iets te weten komen of begrijpen, maar niet per se dat ze het met je eens zijn of dat ze die informatie omzetten in daden.
Bitzers woorden vallen ook anders uit te leggen. Letterlijk zegt hij dat het publiek moet worden gedwongen tot een besluit of een handeling. 2 Je mag je toeschouwers dus geen andere keuze geven dan te geloven wat je zegt, of dat nu informerend, overtuigend of activerend bedoeld is. Het besluit dat ze nemen is om je verhaal voor waar aan te nemen. De handeling die ze verrichten is dat ze je boodschap onthouden en wellicht ook zelf gaan verkondigen. Zodra dat gebeurt weet je zeker dat je praatje succesvol is geweest.
De spreker
Om ervoor te zorgen dat je publiek je gelooft en je boodschap aan anderen doorvertelt, moet je in de retorische situatie rekening houden met ‘overtuigingen, houdingen, documenten, feiten, tradities, beelden, belangen en motieven.’ 3 Concreet houdt dit in dat je als spreker de vooroordelen van je publiek in acht moet nemen. De toeschouwers hebben allemaal een wereldbeeld waar jij met je boodschap aan tornt – al is het maar een klein beetje.
Als spreker kun je hier invloed op uitoefenen met je spreekstijl, je argumenten en je karakter. Als deze elementen goed aansluiten op het publiek, verdwijnt de aanvankelijke weerstand vanzelf. Zodra je toeschouwers jou als spreker hebben geaccepteerd, gaan ze hun best doen om overeenkomsten te vinden tussen jouw boodschap en hun eigen wereldbeeld. Dat is het moment waarop je de retorische situatie naar je hand hebt gezet.
Hoe ga je om met de retorische situatie?
Breng de retorische situatie in kaart voordat je het podium betreedt. Waarom ben ik hier en waarom zijn de toeschouwers hier? Wat wil ik bij hen teweegbrengen? Hoe doe ik dat in hun ogen het beste? Als je wilt dat je boodschap overkomt, is het essentieel om je bewust te zijn van de krachten die in een retorische situatie spelen. Je moet voortdurend rekening houden met jezelf, je toeschouwers en de wisselwerking die er tussen jullie plaatsvindt.
Je kunt deze wisselwerking in een retorische situatie op gang helpen door interactie te creëren. Vind je het moeilijk om te ontspannen of juist om gezag uit te stralen? Werk dan aan je improvisatievermogen. Hoe relaxter jij namelijk op het podium staat, des te bereidwilliger de aanwezigen zijn om te luisteren naar wat je te vertellen hebt.
Hoe bewust ben jij als spreker?
Wil jij elke retorische situatie naar je hand zetten? Lees dan onze ultieme presenteergids voor professionals, schrijf je in voor een van onze cursussen of neem rechtstreeks contact op met De Presenteerschool.
Vond je dit een interessant artikel? Laat een comment achter en deel de post via social media met je contacten.
Omslagfoto
Melis, J. (2019). ‘De retorische situatie’. Illustratie gemaakt in opdracht van De Presenteerschool.
8 reacties